Landsdeel Oost startte in 2018 als pilot met de omgevingsagenda. Deze is nu klaar en op 1 juli jl. gepresenteerd aan de Tweede Kamer. Vincent van der Werff en Bart Parmet waren nauw betrokken bij de ontwikkeling van de omgevingsagenda Oost.
Denkkracht
“De belangrijkste bijdrage die de omgevingsagenda levert is het concretiseren van de grote opgaven, de nationale, provinciale en gemeentelijke.”, vertelt Vincent van der Werff. “Er is veel denkkracht op meerdere plekken en de uitwerking op verschillende niveaus is de eerste stap in het concretiseren uit nationaal perspectief. Verschillende transities en de verstedelijkingsdruk worden bij elkaar gebracht in de omgevingsagenda en deze laat zien wat er moet gebeuren. Door dit gebiedsgericht te doen zie je waar het schittert, oftewel waar de kansen liggen en waar het al goed loopt, en waar het schuurt. Het is een actiegerichte agenda. Het geeft meer inzicht in elkaars opgaven, dat geeft handelingsperspectief”.
Voortrollende agenda
Bart Parmet: “Het is de onderlegger voor het gezamenlijke gesprek van Rijk, regio en betrokken partijen en voor de programmering van de uitwerking. Doordat het een voortrollende agenda is, is het ook een bindmiddel om de partijen om de tafel te krijgen en in gesprek te gaan en te blijven. De meerwaarde van de omgevingsagenda bij de samenwerking en het interbestuurlijke proces is in de eerste plaats de inhoudelijke uitwerking van gezamenlijke acties. Daarnaast voor een effectief samenwerkingsproces omdat we de agenda actueel houden. Hierdoor staan de gezamenlijke opgaven in het fysieke domein op de agenda. Tenslotte voor goede onderlinge relaties als basis voor samenwerking. Bij het maakproces hebben we actief en intensief samengewerkt en hebben mensen elkaar leren kennen. Bij het uitwerken en up-to-date houden van de omgevingsagenda zullen we deze relaties onderhouden en uitbreiden.”
Pilot Landsdeel Oost
Omdat het werken aan omgevingsagenda’s een nieuwe manier van werken is, is in 2018 gestart met de pilot voor omgevingsagenda Oost. Een projectteam met hierin vertegenwoordigers van Rijk, regio, provincie, gemeenten en waterschappen hebben gezamenlijk in kaart gebracht wat er in Oost–Nederland moet gebeuren voor een duurzame, vitale en krachtige ontwikkeling van het landsdeel. Ook private partijen en maatschappelijke organisaties praatten mee. Dat laatste bleek overigens nog niet gemakkelijk, want wie sluit op welk moment aan?
Bart Parmet: “Hoe daarmee om te gaan was onderdeel van de pilot. Naast formele besluitvormende vergaderingen hebben we bewust informele verdiepende overleggen georganiseerd. Om elkaar goed te leren kennen en elkaars belangen ook te begrijpen. Dus met goed procesmanagement behapbaar houden is het advies uit de pilot Oost-Nederland. Het iedereen blijven betrekken geldt ook bij de uitvoering van de acties. Bij de uitwerking zal de rol van de maatschappelijke organisaties en private partijen groter worden.”
Ontwerpend onderzoek
“Een anekdote: we waren op een gegeven moment enorm aan het zoeken op landsdelig niveau.”, vertelt Vincent van der Werff. “Toen hebben we ervoor gekozen voor een beperkt aantal gebieden te gaan versnellen, onder andere voor het gebied Arnhem-Nijmegen-Foodvalley. Daar spelen verschillende opgaven, zoals de verstedelijkingsopgave en de grote bereikbaarheidsopgave. Een ontwerpbureau heeft toen verschillende varianten verbeeld en deskundigen hebben hierop gereflecteerd. Toen bleek heel duidelijk dat bij de keuze voor verstedelijking in het ene gebied de energietransitie en de transitie van het landelijk gebied werden klemgezet. Door zulk ontwerpend onderzoek krijg je meer zicht elkaars opgaven. De les uit Oost is onder andere om de maatschappelijke en private partijen te betrekken in de fase van ontwerpend onderzoek. Maak een keuze voor gebieden en doe dan een gerichte uitvraag aan maatschappelijke en private partijen.”
Lessen uit Landsdeel Oost
Er zijn uiteraard nog meer lessen uit Oost. Bart Parmet: “Er zijn mooie ervaringen met procesmanagement opgedaan. Het belang van geconcentreerde versnellingssessies en informele verdiepende bijeenkomsten helpt om de grote variëteit aan betrokken partijen te betrekken. Een informele setting helpt om open het gesprek te voeren en daarmee ontstaan ook de goede gesprekken. Het belang van op zoek gaan naar de kern van de opgave in een regio en daarbij ook focus aanbrengen helpt om door alle bomen het bos te blijven zien. En het feit dat het een voortrollende agenda is, maakt dat we ook nog niet uitgeleerd zijn en nieuwe ontwikkelingen steeds weer een plek kunnen geven.”
Meer lessen uit Landsdeel Oost zijn hier te lezen
Terugblik
“Ik kijk tevreden terug op de pilot”, zegt Vincent van der Werff. “Door dit traject met elkaar te doorlopen hebben we deze werkwijze ontdekt. Deze passen we nu ook toe in de andere landsdelen. Ieder jaar zullen we bespreken of het goed gaat.” Bart Parmet: “Ook ik kijk met een positief gevoel terug. Er is veel tijd in dit traject gestopt, ook om ervan te leren. Dat heeft ook wat opgeleverd. Deels zichtbaar in de omgevingsagenda zelf, deels niet zichtbaar maar met grote meerwaarde in de ontwikkelde netwerken en verbeterde samenwerking.”
Beste tip
Vincent van der Werff: “Als beste tip om de omgevingsagenda te laten werken zeg ik: stel de inhoud voorop en maak die concreet. Kies gebieden uit waar je aan de slag gaat. En maak kaartverbeeldingen en neem ontwerpend onderzoek op in het traject. Dat helpt betrokkenen zich open te stellen voor de ‘eigen’ opgaven maar ook voor de andere opgaven.” Bart Parmet voegt toe: “De afspraken die zijn gemaakt uitvoeren en verder brengen en over de omgevingsagenda als geheel in gesprek blijven. Die is immers nooit af.”
Meer weten
De omgevingsagenda Oost en een factsheet over de Omgevingsagenda zijn hier te lezen en te downloaden.